01

Welke soorten vaccins zijn er? 

Pierre Van Damme: ‘Vaccins bevatten ziektekiemen, of deeltjes ervan, van de ziekte waartegen ze je beschermen.'

'Er zijn twee groepen: de levende, afgezwakte vaccins en de niet-levende vaccins. De levende, afgezwakte vaccins bevatten hele ziektekiemen, maar die zijn niet langer ziekmakend. Ze zijn afgezwakt en worden toegediend in een erg lage dosis.’  

‘In niet-levende vaccins zitten enkel kleine stukjes van de ziektekiemen. Dankzij de biotechnologie weten we welke stukjes we nodig hebben om het afweersysteem in te lichten en op te leiden. Op die manier kunnen we tegenwoordig heel zuivere, veilige vaccins maken.’ 

02

Hoe werkt een vaccin?

‘Een vaccin leidt het lichaam zo op dat het zich later de ziektekiemen zal herinneren waartegen het vaccin moet beschermen. Het is een oefening ter voorbereiding op het echte werk. Het lichaam komt eerst in contact met het vaccin en ontwikkelt daartegen een bescherming, de antistoffen.’  

‘Het lichaam heeft een geheugen. De volgende keer als je afweersysteem in contact komt met de ziekte waartegen het vaccin beschermt, zal het zich de vaccinatie herinneren en op een snelle manier meer en betere antilichamen ontwikkelen tegen de ziekte.’ 

03

Waarom hebben vaccins soms bijwerkingen? 

‘In sommige vaccins, vooral bij niet-levende, zit een hulpstof. Die hulpstoffen, zoals een kleine dosis aluminium, kunnen bijvoorbeeld de afweerreactie versterken. Maar toegevoegde hulpstoffen kunnen ook gemakkelijker leiden tot plaatselijke nevenwerkingen, zoals roodheid, jeuk of kleine zwellingen.’ 

‘Lichte koorts of je wat grieperig voelen, kan ook voorkomen. Dat komt door de algemene reactie van je afweersysteem op de vaccinatie.’ 

04

Wie laat zich beter niet vaccineren? 

‘In het algemeen zijn vaccins veilig. Maar om levende, afgezwakte vaccins toe te dienen bij mensen met een heel zwak immuunsysteem, is een overleg met de behandelende arts nodig. Die bepaalt wanneer daarvoor het beste moment valt.'

'Het kan gaan om aidspatiënten of mensen die een aangeboren afwijking hebben aan hun immuunsysteem. Vaccinatie is wel nodig, want als die mensen met de eigenlijke ziekte in contact komen, lopen ze een veel groter risico.’ 

05

Mogen zwangere vrouwen zich laten vaccineren? 

‘Bepaalde vaccins zijn aanbevolen tijdens de zwangerschap, zoals griep- en kinkhoestvaccinatie. Een zwangere vrouw is vatbaarder voor een aantal infecties, waarbij ook gemakkelijker verwikkelingen ontstaan. Een simpele griep kan bijvoorbeeld sneller een longontsteking worden, wat nog slechter is voor het kindje.’  

‘Bovendien kan een zwangere vrouw die een niet-levend vaccin heeft gekregen passief antilichamen meegeven in de baarmoeder en de moedermelk. Dat rugzakje beschermt de pasgeborene voor de eerste twee à drie levensmaanden. Dat zien we bijvoorbeeld bij die griep- en kinkhoestvaccinatie’ 

‘We raden af om levend, afgezwakte vaccins toe te dienen bij zwangere vrouwen. Er bestaan geen bewijzen dat een ongeboren kind gevolgen zou dragen van zo’n vaccinatie bij de moeder, maar we nemen liever het zekere voor het onzekere.’ 

Tegemoetkomingen voor vaccinaties

Ontdek ook