Eerste keer

David Schrans: ‘Als iemand hier voor het eerst op gesprek komt, heeft hij meestal een concreet verhaal klaar of zelfs een eigen diagnose. Ik lijd aan een burn-out, ik heb een depressie. Ik probeer dat verhaal open te trekken, te weten te komen wat daarachter zit. Als iemand een burn-out heeft omdat die zich te veel wegcijfert op het werk, zal hij zich misschien in andere aspecten van zijn leven ook wegcijferen. Dat is vaak heel complex. Wat daarachter zit, moet in een gesprek met de therapeut aan bod kunnen komen.’ 

Van relatiecrisis tot rouw

‘Verlies, onverwerkte trauma’s, problemen op het werk of in relaties die blijven terugkeren … Ze kunnen allemaal aan bod komen in therapie. Mensen die het gevoel hebben dat ze vastzitten, of ze nu kunnen inschatten waaraan ze juist vastzitten of niet, zijn erbij gebaat.’ 

Voor jong en oud

‘Er bestaan heel veel verschillende soorten therapie. Therapie bestaat voor jong en oud, individueel of in groep. Sommige collega’s reiken tools aan of geven opdrachten. Ikzelf doe psychoanalyse, ik probeer het eigen, onbewuste aandeel van de patiënten te verkennen. Praten staat hierin centraal, veel moet uit de patiënten zelf komen. Wie moeilijk praat, zal daar in het begin misschien moeite mee hebben, maar op termijn daarin evolueren.’ 

‘Het zit allemaal in de ontmoeting tussen therapeut en patiënt. Er bestaat nu eenmaal geen brochure van psychotherapeuten, waardoor je kunt bladeren om te kijken bij welke vorm van therapie je het best gebaat denkt te zijn.’ 

Op zoek

‘Je kunt een psychotherapeut vinden op verschillende lijsten. Die vind je bij je mutualiteit, maar ook in de gouden gids of op websites zoals psycholoog.be of vindeentherapeut.be. Soms worden patiënten doorverwezen, via hun huisarts of een andere psycholoog of psychotherapeut. Vaker vinden mensen een therapeut via internet.’ 

De juiste match

‘Je moet je op je gemak voelen bij je therapeut, je moet er vrijuit spreken. Dat is niet altijd evident. Het is dus belangrijk dat het “klikt”. Dat geldt langs beide kanten. Als ik het gevoel heb dat ik iemand niet kan helpen, dan ga ik die doorverwijzen.’ 

Drempels

‘Er rust nog altijd een taboe op therapie. Mensen voelen schroom om bij een therapeut te komen. Aan de andere kant merk ik dat patiënten steeds meer in therapeutische termen spreken. Het feit dat ze zelf vaak hun diagnose stellen, toont aan dat het al meer ingeburgerd geraakt.’ 

‘Voor mij wordt therapie pas echt interessant als het verder gaat dan die eerste diagnose. Vaak hebben patiënten bewust het verhaal dat ze wilden vertellen voorbereid. Daar luister ik naar. Maar als het dan stil wordt, als ze na dat verhaal vrijuit spreken, zeggen ze vaak iets wat ze van zichzelf niet verwacht hadden. Die overgang is interessant, maar vormt ook een drempel.’ 

‘In therapie gaan is voor velen geen evidente onderneming. Het is soms moeilijk of beangstigend om jezelf bepaalde dingen te horen zeggen. Maar je leert er hoe je daarover kunt spreken. Je zult inzien waarom je een aantal keuzes gemaakt hebt en dat het ook mogelijk is om andere keuzes te maken. Met die inzichten kun je concreet aan de slag.’ 

Wat is het verschil tussen een psycholoog, een psychiater en een psychotherapeut?

  • Een psycholoog biedt eerstelijnszorg: kortdurende hulp. Een psycholoog heeft een masterdiploma in de klinische psychologie. 
  • Een psychotherapeut biedt tweedelijnszorg: langdurige hulp. Een therapeut heeft doorgaans een diploma klinische psychologie of psychiatrie. De therapeut volgde bovendien een aanvullende opleiding psychotherapie. CM gaat enkel  overeenkomsten aan met therapeuten die een aanvullend diploma kunnen voorleggen. 
  • Een psychiater is een arts die zich gespecialiseerd heeft in de psychiatrie. Hij of zij mag ook geneesmiddelen voorschrijven.