In 2015 werden de woonzorgcentra verplicht om een procedure bij grensoverschrijdend gedrag uit te werken. Hier krijgen negatieve situaties de boventoon. Dat vonden ze in het woonzorgcentrum De Oever jammer.

Ergotherapeute Liesbeth Delbeke : ‘Wij hebben de gelegenheid aangegrepen om na te gaan hoe onze bewoners denken over intimiteit en seksualiteit. Hebben zij nog verlangens of verdwijnen die aan de deur van een woonzorgcentrum? We willen dat het hier een warme plek is waar alles bespreekbaar is.’

Taboe doorbreken

Een werkgroep oprichten was de eerste stap. ‘Op de oproep naar collega’s om deel te nemen, kwamen zowel zorg- en verpleegkundigen als animatiebegeleiders af’, vertelt Liesbeth zichtbaar tevreden. ‘Zelfs een familielid zit in de werkgroep.’

Kinderen ervan overtuigen dat hun ouders nog aan seksualiteit denken, is het moeilijkste
Liesbeth Delbeke

Eerste doelstelling was het taboe rond seksualiteit en intimiteit in het woonzorgcentrum te proberen doorbreken. Dat gebeurde onder meer door opleidingen te geven aan het personeel. Ook familieleden waren welkom. ‘Want hen overtuigen dat intimiteit en seksualiteit de bewoners nog bezighoudt, is het moeilijkste’, weet Liesbeth. ‘Mijn vader en moeder doen dat niet meer, beweren de kinderen soms.’

Deurhanger

‘We polsten bij de bewoners zelf. Wil je nog een knuffel? Ben je nog intiem? Heb je hier voldoende privacy? De reacties toonden dat er wel nog interesse is voor intimiteit en seksualiteit’, zegt Liesbeth. De resultaten van de rondvraag werden voorgesteld aan familieleden en bezoekers tijdens een Dag van de Zorg.

Het woonzorgcentrum ging ook aan de slag met de antwoorden. ‘Sommige bewoners ervaarden te weinig privacy. Samen met hen zochten we naar een oplossing’, aldus Liesbeth. ‘Zo kwam er een deurhanger met verschillende boodschappen op, zoals niet storen.’ Op vraag van de bewoners staan meerdere redenen vermeld waarom er wel of liever niet wordt aangeklopt: naar de kapper, niet aanwezig, maar evengoed welkom. De bewoners kiezen zelf of en wanneer ze de deurhanger  gebruiken.’

Vertrouwen

Als ergotherapeute verwent Liesbeth de bewoners al eens met een voetbadje, een gelaatsverzorging of een handmassage. ‘Dat zijn momenten bij uitstek om intimiteit ter sprake te brengen. Soms vang ik ook flarden van zulke gesprekken aan tafel op. Dan duw ik het gesprek al eens in die richting als ik de bewoner later alleen tref’, geeft Liesbeth aan.

Ze organiseert soms een activiteit waarmee ze het gesprek aanmoedigt. Sinds ze een opleiding rond intimiteit volgde, voelt ze zich zelfzekerder om er met de bewoners over te praten. ‘Maar zo’n gesprek lukt alleen als er voldoende vertrouwen is. Uiteraard zijn er bewoners die het er niet willen over hebben. We respecteren ieders keuze.’

Nieuwe liefde mag

Voor een nieuwe liefde tussen bewoners, is het woonzorgcentrum tolerant. Dan blijven de twee bewoners elk over een kamer beschikken. Maar ze kunnen er een gebruiken om samen te slapen en een als woonkamer. ‘Een snoezelruimte inrichten is een nieuw project van de werkgroep’, blikt Liesbeth vooruit. ‘Dat moet een knusse ontmoetingsruimte worden waar bijvoorbeeld een bewoner met een nog thuiswonende partner bij elkaar kunnen zijn. We willen de partner dan ook de kans bieden om er te blijven slapen samen met de bewoner, in een dubbel bed.’

Schunnige opmerkingen vegen we niet onder de mat
Liesbeth Delbeke

Intimiteitszorg

Het komt voor dat bewoners schunnige opmerkingen geven aan de zorg- of verpleegkundigen. Of ze vragen hen om ongepaste handelingen te doen. Ook dan wordt Liesbeth ingeschakeld om met die bewoner te gaan praten.

‘We vegen die reacties niet onder de mat. We zoeken uit vanwaar ze komen en wat er kan gebeuren om te helpen. Heeft de persoon geen partner en verlangt die ernaar om eens met iemand samen te zijn? Dan werken we samen met Aditi, een advies- en informatiecentrum over seksualiteit en intimiteitszorg op maat van mensen met een beperking en ouderen’, legt ze uit.

‘Iemand van de organisatie komt dan naar hier om met de man of vrouw kennis te maken. Nadien neemt de vereniging het verder over. De familie heeft het er soms moeilijk mee. Maar de bewoner die wilsbekwaam is, beslist en betaalt zelf.’

Vader-zoon-gesprek

‘Elke vraag nemen we ernstig’, benadrukt Liesbeth. ‘Een man van wie de partner al langer overleden was, wilde graag nog eens intiem zijn met een vrouw. Hij vroeg me of hij dat met zijn zoon kon bespreken. Als hij zich daar goed bij voelde, kon dat zeker, zei ik hem. De man heeft er met zijn zoon die ook recent weduwnaar was geworden, een mooi gesprek over gehad. Hij was daar zo blij om.’

‘Intimiteit en seksualiteit zijn een deel van het leven. Ook voor bewoners in een woonzorgcentrum’, vindt Liesbeth. ‘Dat het hier met respect aan bod kan komen, draagt bij tot meer levenskwaliteit, tot warme zorg. We zijn goed bezig.’